Micha 5
Deel 1 (vers 1-5): Komst van de Heerser, Messias
Micha 4 en 5 horen bij elkaar en het gaat in beide hoofdstukken over ‘hoop’ en ‘redding’. Er zal een Herder-Koning komen die voor wereldwijde vrede zorgt. Hij is een Herder, omdat Hij zich bekommert om Zijn schapen. Hij verzorgt en beschermt hen. En Hij is een Koning, omdat Hij bij machte is om al het gevaar bij hen weg te houden. Aan het eind van hoofdstuk 4 zagen we dat er tussen de bemoedigende woorden door ook bedreigingen staan. Israël zal in vrede wonen, maar eerst komt het oordeel en de straf, de ballingschap. Ook in Micha 5 lopen de woorden over redding en straf door elkaar heen. Het Bijbelboek Micha is qua overzicht dan ook niet het makkelijkste Bijbelboek.
Micha 5 is bekend vanwege de uitspraak dat de Messias in Bethlehem geboren zal worden. Tussen de verschillende Bijbelvertalingen is er verschil in hoofdstukindeling. In sommige vertalingen staat de belofte van de Messias in Micha 5:1 en in andere in Micha 5:2. Ik ga nu uit van Micha 5:1. Niet alleen de christenen, maar ook de joden lezen hier de komst van de Messias in. De evangelist Mattheüs citeert dit gedeelte, overigens iets afwijkend, als de wijzen bij Herodes komen en vragen naar de geboorteplaats van de Koning van de joden.
De geboorteplaats van de Messias is dus Bethlehem, om precies te zijn Bethlehem-Efratha, want er was ook een Bethlehem in het noorden in Galilea. Bethlehem is nu een bekende plaats: de Geboortekerk en Pelgrimsroute staan allebei op de Werelderfgoedlijst. De plaats ligt 10 kilometer ten zuiden van Jeruzalem en is nu een Palestijnse stad op de Westelijke Jordaanoever. Voor ons is Bethlehem ook bekend als de geboorteplaats van koning David. Micha leefde 300 jaar na koning David, maar Bethlehem bleef ook na koning David een onbelangrijk dorp. Dat is op zich niet vreemd, want wij weten ook niet altijd waar onze belangrijke leiders geboren zijn. Dat de koning in Bethlehem en niet in Jeruzalem geboren zou worden, veronderstelt dat het koningschap op dat moment niet meer in Jeruzalem is. Er zit dus ook iets van oordeel in deze belofte.
God kiest dus het kleine en onbeduidende op. We zijn dit al vaker in Micha tegen gekomen, zoals in Micha 4:6 over wie mank gaat en verdreven is. Moet iemand dan eerst in de problemen zitten voordat hij voor God meetelt? Het antwoord vanuit Micha is dat het échte volk van God bestaat uit degenen die God trouw blijven, ook als er oordeel en straf over hen komen. God zal Zijn volk overgeven, vers 2, aan de Assyriërs, vers 4, maar ondertussen wordt de Messias Vrede genoemd. Als het geloof te veel kost, haken mensen af. We kunnen het vergelijken met de situatie van koning David en Absalom. David is koning, maar Absalom wil de macht overnemen. Hij krijgt veel mensen achter zich en komt zelfs in Jeruzalem aan de macht. Een deel van de mensen blijft bij David, zoals Ithai. Hij zegt: “Ik blijf bij de koning, overal waar hij heengaat, in dood of in leven.”
Wij lezen het Bijbelboek Micha anders dan de mensen in de tijd van Micha zelf. Wij weten bijvoorbeeld hoe lang de ballingschap duurde. Voor de mensen toen was niet bekend wanneer de goede tijden weer aan zouden breken. Uit de Tweede Wereldoorlog is bekend dat veel Poolse verzetsstrijders na de oorlog niet konden terugkeren naar hun thuisland. De Poolse bijdrage aan de herovering van West-Europa was met 250.000 man groot. Als ze weer naar huis wilden, konden ze vanwege het communisme publiekelijk worden geëxecuteerd. Zo hadden ze hun leven over voor anderen zonder er iets voor terug te kregen.
De oorsprong van het koningschap van de Messias gaat terug naar de ‘oude tijden’ of ‘vroegere dagen’. Deze uitdrukking komt ook twee keer in hoofdstuk 7 voor en slaat dan op de tijd van de koningen David en Salomo en de tijd van de aartsvaders. Zoals wij wel zeggen de ‘goede oude tijd’. Na Salomo ging het fout: het rijk scheurde en Israël, het Noordrijk, heeft nooit een gelovige koning gehad.
Deel 2 (vers 6-8): Israël in ballingschap
Er worden hier twee dingen gezegd over Israël in de ballingschap: ze zullen tot een zegen zijn voor de volken en ze zullen over de volken regeren. De kleine groep gelovigen die na de ballingschap overblijft, wordt de ‘rest van Jakob’ genoemd. Jakob verwijst naar de twaalf stammen. Deze mensen staan dus symbool voor heel Israël. Israël zal voor veel volken zijn als de dauw en regen die zorgen voor leven en groei. Zo was het verbond ook oorspronkelijk bedoeld: Israël als een zegen voor de volken. Dat Israël een zegen is voor de volken staat haaks op de beleving van velen. Ook in onze tijd komt het antisemitisme regelmatig tot uiting. Zomaar een voorbeeld: Bij een joodse vrouw uit Hilversum wordt met kerst 2016 een hakenkruis in de motorkap van haar auto gekerfd. Toch is het opvallend dat joden door de eeuwen vaak belangrijke posities hebben bekleed op allerlei terreinen, zoals de wetenschap en kunst. Paulus noemt, weliswaar in een ander verband, in de Romeinenbrief ook een belangrijke reden: de joden hebben voor de overlevering van het Oude Testament gezorgd.
Het tweede dat dus over Israël in de ballingschap wordt gezegd is dat zij heersen over de volken. Als een leeuw verscheuren zij hun prooi en ze worden door niemand tegengehouden, vers 7. De vijanden zullen gestraft worden, omdat zij gespot hebben met de God van Israël. Ze zeiden dat Hij Zijn volk niet meer kon helpen.
Deel 3 (vers 9-14): zuivering van Israël
In het vorige gedeelte was het geweld op de volken gericht, hier is het gericht op Israël. Alles wat het volk in de weg staat om God te dienen, moet worden verwijderd. Zelfs de paarden moeten weg, omdat het volk zich anders onafhankelijk zou voelen. Ook is er geen plaats voor steden en versterkte steden, omdat de fout die het volk maakte, was dat ze op hun militaire macht vertrouwden, zie Micha 1:13.