Contextualiseren

Contextualiseren


Om het evangelie dicht bij de mensen te brengen moet het evangelie toegepast worden op de cultuur. (1) Het moet gecontextualiseerd worden. Het begrip ‘contextualiseren’ is in het tweede deel van de twintigste eeuw opgekomen. Westerse zendelingen hielden te weinig rekening met de inheemse cultuur. Zo werden inheemse christenen beperkt in het uitdragen van het evangelie door middel van hun eigen culturele mogelijkheden. Contextualisatie is daarna doorgeslagen doordat het evangelie teveel werd aangepast aan de cultuur. Het is volgens Keller de taak voor de kerk om het boodschap van het evangelie zo toe te passen op de cultuur dat het de mensen bereikt zonder iets van de inhoud af te doen. In 1 Korinthe 9 roept Paulus op om zich aan te passen aan de cultuur van de ander als het gaat om het kopen van offervlees. De gelovigen uit de heidenen vinden het niet goed dat dit offervlees gekocht wordt, maar Paulus stelt dat het een teken van liefde is als de Joodse gelovigen zich hieraan aanpassen en geen gebruik maken van hun culturele vrijheid. De joden wisten vanuit hun theologische achtergrond dat de afgoden niets zijn, maar de heidenen dachten daar ‘primitiever’ over. We moeten culturele normen niet verheffen tot absolute waarheden tenzij de Bijbel over een specifiek punt iets zegt.

Hoe werkt contextualiseren?


Tim Keller geeft in drie stappen aan hoe actieve contextualisatie verloopt: deelnemen aan de cultuur, bekritiseren van de cultuur en een appèl doen. (2) Deelnemen aan de cultuur betekent onder andere dat je open staat voor correctie op jouw beeld van de cultuur. Door goed te luisteren naar de mensen uit jouw doelgroep kun je de Bijbelse boodschap zó vertalen dat het minder onnodige verkeerde reacties geeft. Door deel te nemen aan de cultuur gebruik je: voorbeelden uit hun sociale omgeving, gepaste emoties die geen aanstoot geven, relevante vragen en onderwerpen en citaten uit bronnen die zij waarderen. Vanuit de waardering voor positieve elementen uit een cultuur, kunnen we kritiek leveren op verkeerde gewoonten uit een cultuur. De boodschap moet aansluiten op de diepste verlangens van de mensen. Het is verder geen probleem als we het ene Bijbelse thema meer aandacht geven dan het andere als dat aansluit bij de cultuur.

Zoals de ondertitel van Kellers boek al aangeeft (Het evangelie midden in je stad) pleit hij ervoor dat christenen in de stad (gaan) wonen. In de Vroege Kerk was de kerk vooral een stedelijke beweging en bleef het platteland heidens. Maar juist vanuit de stad is de cultuur van het Romeinse Rijk beïnvloed. (3) De kerk had invloed via de elite, maar ook door aandacht te vragen voor de zorg aan de armen. In onze tijd is het belang van steden nog veel groter, omdat ook een steeds hoger percentage van de wereldbevolking in de stad woont, nu meer dan de helft. De kerk in de stad moet gefocust zijn op het welzijn van de stad. De kerk moet streven naar de bloei van de stad en niet van de kerk, dat is wat Keller het ‘stadsgroeimodel’ noemt. (4) Dat kan door een nederige houding van de kerk die de stad wil dienen. Net als Jona moeten christenen de stad leren waarderen en liefhebben. Christenen kunnen “een alternatieve stad” zijn in de stad. Ze laten zien dat seks, macht en geld ook op een goede manier kunnen bestaan. Verder gebruiken ze kunst, onderwijs, overheid en bedrijven om te laten zien dat er hoop is in plaats van cynisme en wanhoop. Ds. Tim Vreugdenhil plaatst de kritische kanttekening dat Keller te veel het positieve van de stad benadrukt en dat christenen in werkelijkheid minder invloed hebben (5). 
Deze tekst is gebaseerd op het boek: Tim Keller. Centrum Kerk: Het evangelie midden in je stad. Franeker: Van Wijnen, 2014.  1. pag. 86-87, 102, 103. 2. pag. 110, 118. 3. pag. 142-145. 4. pag. 155-157. 5. pag. 169.

Share by: