In het gebed betreden wij het geestelijk slagveld. Het wapen dat wij gebruiken in de strijd is het zwaard van het Woord (Efeze 6:17), de Bijbel. Van de Bijbel gaat kracht uit. De gelovige moet met dit zwaard leren omgaan, zoals Jezus in de woestijn de verzoeking van de duivel met het Woord bestreed. Lambert noemt in Een huis van gebed: het belang van samen bidden (Vertaald door: Richard Kettmann. Barnabas: Heerenveen, 2013) een aantal grote feiten die wij uit Gods Woord kunnen halen. (p. 125-140) Als eerste dat God Zichzelf bekend gemaakt heeft als JHWH, Ik ben, Die ik ben. Met Hem kon Mozes naar de farao om het volk te bevrijden. God was erbij en Mozes hoefde niet bang te zijn dat hij niet op Hem kon rekenen. God staat aan het begin van alles en alles is door Hem geworden. Alles bestaat onder Zijn gezag, ook de boze machten en satan. Verder heeft de Vader alle macht gegeven aan Zijn Zoon, Jezus Christus (Mattheus 28:18). In het gebed mogen we belijden dat Jezus Heer en overwinnaar is. In Hem geeft God ons alles: genade, wijsheid, kracht en leven. De reden dat Jezus alle macht heeft is ook dat Hij met Zijn lijden en sterven de overwinning op de dood en machten behaald heeft en verzoening kon brengen. Een ander machtig feit is dat Jezus in de hemel de Koning der koningen is en Heerser over alles. Er is geen situatie in de wereld te moeilijk en ingewikkeld voor Hem. We mogen ons er ook aan vasthouden dat Gods besluiten vast staan. Tot slot ontdekken we Gods wil en beloften in de Bijbel, zodat we weten wat we zullen bidden. Het is daarom noodzakelijk een Bijbel bij de hand te hebben tijdens het persoonlijke gebed of een gebedsbijeenkomst, anders laten wij de wapens liggen.